Blog

Laatste kleine chunks op weg naar warmte

Vandaag zijn de laatste kleine chunks opgehaald door Parenco hout en de firma Woudenberg. Beoogd als brandstof voor de vlakbij gelegen hout CV-ketel van 240 kW. Anders dan de meeste ‘kleinere’ ketels draait deze ketel het best op wat vochtiger hout van circa 35 %.
We waren nieuwsgierig naar de staat van de kleine chunks na ruim 10 maanden. De vochtigheid – circa 25 à 30 % – was goed! Eigenlijk te goed voor deze ketel. Maar prima! voor de meeste andere kleinere ketels waar het hout droog moet zijn. Ook de stukgrootte en de regelmatigheid van de deeltjes -nodig voor een probleemloze doorvoer – werd als goed beoordeeld.
De paar broeierige plekken (zie foto vooraan en op de top) zijn niet goed voor de ketel. Gelukkig bleef dat binnen de perken . De oorzaak hiervan was niet helemaal duidelijk.
Besloten wordt om de kleine chunks op te mengen met wat vochtiger biomassa en dan in de nabijgelegen ketel in te stoken.

Droge massa verlies

De twee laatste monsterzakken voor het meten van het verlies aan droge massa broei zijn uit de bult ‘gevist’. De vochtigheid was 19 en 26 %, en het gemeten verlies aan droge massa respectievelijk 16 en 19 % (na ruim 10 maanden). Eind juni/begin juli na ruim 4 maanden was het gemeten verlies aan droge massa gemiddeld 15 %. Het verlies lijkt dus maar weinig toegenomen. Het zijn maar 2 monsters, maar ze bevestigen wel het ervaringsfeit dat de afbraak van droge massa onder de 30-35 % vochtigheid sterk afneemt.

De doorvoer en het stoken van de kleine eiken chunks worden getest in een 80 kW HDG-ketel, een 35 kW ETA-Hack met het kleinste toevoersysteem en een 100 kW VETO-ketel. Zo op het eerste oog vinden de ontvangers de kleine chunks er goed uit zien en wat betreft kwaliteit en schimmelsporen ongeveer vergelijkbaar met de chips die anders worden gebruikt. VETO geeft aan dat hij bij kleinere chips vaak wel meer schimmelsporen ziet, maar dat is in principe voor het stoken geen probleem. De eiken chunks zijn nog een beetje aan de vochtige kant (net boven 30%).

Sinds 1 juli zijn er geen storingen geweest met de aanvoer van de kleine chunks! Dus dat gaat goed. Ook wat stoken betreft gaat het prima, zoals het moet.

Gebruiker HDG: “Supermooi: weinig stof en daardoor weinig as. Het stookt fijner. Het brandt constant door de constante kwaliteit snipper. “
Gebruiker ETA: “brandt goed, brandt constant. Na meer dan 3 kuub de aslade van 30 liter geleegd. Dus de hoeveelheid as is minder dan 1 volumeprocent.”
Gebruiker VETO: “brandt als pellets”

VETO verwacht minder vervuiling van de ketel omdat de kleine fractie gering is. ETA verwacht dat een stofmeting iets gunstiger uitvallen vanwege het ontbreken van de fijne fracties. Maar de meeste ketels komen ook goed weg met normale houtsnippers (emissienorm stof= 40 mg/m³). Door de fractiegrootte van de snippers stroomt de lucht bij de verbranding sneller door de brandstof. De regeling van de ketels zorgt dat de instellingen van o.a. luchttoevoer zich aanpassen, waardoor het rendement optimaal blijft. Enige klein nadeel dat bedacht kan worden, is dat het mes in de brandsluis iets eerder slijt doordat het vaker wordt gebruikt.

Na de zomervakantie volgen de resultaten van de doorvoer en stooktesten.
Nu in hoofdlijnen de resultaten van de metingen en observaties aan de opslag. Maar vooraf. Nu we hiermee bezig komen van allerlei kanten opslagervaringen binnen. En het is duidelijk het resultaat is van veel factoren afhankelijk zoals temperatuur, luchtvochtigheid, afdekken, vorm van de bult, ondergrond, uitgangsmateriaal: houtsoort, stukgrootte, aantal fijne deeltjes, aandeel bast en blad.
De bult is deze keer in 4 maanden gedroogd van ca. 44 % vochtigheid naar rond de 30 %. Dit is zo ongeveer goed genoeg om te stoken in een kleine houtketel. Dus dat werkt!

Op 1 juli is een derde vracht weggebracht voor stooktesten. Er zijn nu in totaal 7 monsterzakken voor het meten van de broei uitgehaald. 1 was beschadigd, dus telt niet mee. Het gemeten verlies aan droge massa is tussen de 12 en 18 %. De verliezen door broei in de kleine chunks lijken daarmee in dit geval niet minder, dan bij doorsnee chips.

In het grote middengedeelte was de vochtigheid ca. 30 %. Vlak langs ‘de schoorsteen’ waren droge plekken van onder de 20 % vochtigheid, en hele natte plekken van ca. 60 % vochtigheid. Bovenop lijken restanten te zijn van uiteinden van convectiekanalen te zijn, waar de condens is neergeslagen: kleine plekken met ca. 60 % vochtigheid. Dit is ook te zien aan weerszijden boven een ventilatiekanaal aan de zijkant.

Sommigen van de diegenen die reactie hebben gegeven vinden vinden dat goed en anderen denken dat het beter moet kunnen.

Discussie:

– NB Het droge massaverlies bij de eerdere opslagproef met grotere chunks (kantlengte 30-50) van dunne naaldhoutstammen was 6 %, ook na circa 4 maanden.

– Het meten van droge massaverlies gaat gepaard met enige onnauwkeurigheid. Hiermee moet rekening gehouden met het interpreteren van de meetresultaten.

Vandaag een spannende dag! We gaan zien hoe de bult er van binnen uitziet en de broei en vochtigheid in de bult meten. Zijn de kleine chunks goed gedroogd? En welke sporen zijn er te zien van processen in de bult en het Dombelüftungsverfahren. Ik verklap alvast: het is interessante materie.
Later deze week volgt het verslag met foto’s en meetresultaten.
De eerste twee ladingen met kleine chunks zijn weggebracht naar kachelleveranciers en -eigenaren om de doorvoer en het stoken te testen. Meer volgen er nog.

De donkerste metingen zijn de recentste metingen. Heel langzaamaan is er verdere droging. Het blijft een beetje rond de 35 % vochtigheid aanhangen. De vochtigheid waarbij volgende de theorie de broei sterk afneemt. En dus misschien daarom ook de droging in de hoop.
Er zijn hevige regenbuien geweest, dus ook gekeken of het water ergens bleef staan of de bult inliep.

In de ventilatieschacht ziet het hout er redelijk droog uit. De meting (wel de kant waar de zon tegenaan schijnt) bevestigt dat: 23,1 % vochtigheid.

Het is nu ongeveer 3 maanden na het maken van de bult op 24 februari. De vochtigheid is nu (donkerderblauw) op alle meetpunten rond de 35 % of minder. De lichtblauwe getallen geven de meetresultaten van de vochtigheid vier weken eerder weer.

Een vochtigheid van 35 % is voor de meeste houtketels van < 200 kW de grens dat gestookt kan worden. Dus als dat ook de vochtigheid binnenin de bult is, zouden de stook-/doorvoertesten kunnen beginnen.

De vraag is: wat is de vochtigheid binnenin de hoop?
Wat denken jullie?

Observaties vochtigheid

Op 28 april monsters genomen op verschillen de plekken in de bult en de vochtigheid gemeten. De resultaten staan in de figuur hiernaast. Op de meeste plekken ca. 30 cm in de bult is het tussen de 35 en 39 % vochtigheid. Dus nog niet droog genoeg om te stoken. Nog een maandje wachten? Er zijn twee zeer natte plekken waargenomen, bovenop en aan de zijkant van de bult. In theorie zouden dit de uiteinden van convectiekanalen moeten zijn. Aan de buitenrand onder het vlieszeil is de vochtigheid overal onder de 25 %. In het ventilatiekanaal zelfs 17,5 %.
Overige observaties:
Afgemeten aan het ventilatiekanaal lijkt de bult zo’n 10 à 15 cm gezakt. De snippers onder de 25 % ziet er zo goed als ongeschonden uit. De snippers tussen de 35 en 39 % vochtigheid zien er licht schimmelig uit, hier en daar blauwig.

De snippers in de buis en aan de buitenrand zijn zo goed als ongeschonden.

De snippers aan de vermoedelijke uiteinden van convectiekanalen zien er licht schimmelig uit.

Observaties:
2 april 2014 17.00 Het mooie weer is niet te stoppen, nog steeds is het droog en zonnig. De situatie is ongeveer hetzelfde. De druppels bovenop zijn minder en kleiner. Op de vochtig plekken bovenop de bult is een lichte verhoging van de temperatuur als je klein stukje (20-30 cm) graaft.
Drie monsters genomen:
1 bovenop bij vochtige plek: 41 % vochtigheid.
2 bovenop bij droge plek: 26 % vochtigheid.
3 onderaan de bult, onder het zeil,onder de droge bovenlaag (ca. 30 cm): 40 % vochtigheid.

Observaties:
Op 8 maart 17.00 en 20 maart middaguur, beide warme zonnige lentedagen: de bult is niet meer warm. De zijkant is nog steeds droog en bovenop de bult is het nog steeds vochtig: er liggen druppels. Op 20 maart wat beter bovenop de bult gekeken: de ene plek is zeer vochtig (zijn dit de uitgangen van trekkanalen in de hoop?) , iets daarnaast weer minder. Kijkend in de schoorsteen is het ook vochtig.
Twee monsters genomen:
1 bovenop bij vochtige plek: 45 % vochtigheid.
2 onderaan de bult, onder het zeil,onder de droge bovenlaag (ca. 20 cm): 37 % vochtigheid.